Nieuw erfrecht – Globale erfovereenkomst tussen ouders en kinderen

familie rond tafel

Het Belgisch erfrecht wordt hervormd. De wijzigingen zullen in werking treden op 1 september 2018. Het erfrecht was aan herziening toe, aangezien sedert de invoering van deze regelgeving onze maatschappij sterk is geëvolueerd. Onze maatschappij kent heel wat samenlevingsvormen (nieuw samengestelde gezinnen, feitelijke samenwoning, etc.) waarvoor het huidige erfrecht niet steeds een adequate oplossing kan bieden. Eén van de wijzigingen betreft de versoepeling van het principiële verbod om een erfovereenkomst te sluiten. 

Wat is een globale erfovereenkomst?

Een erfovereenkomst is een overeenkomst omtrent de nalatenschap van een persoon die nog niet is overleden en waarvan de nalatenschap dus nog niet is opengevallen.

Onder huidige wetgeving is dit (op een aantal uitzonderingen na) verboden. Eén van de wijzigingen bij de inwerkingtreding van de nieuwe wet is dat ouders (als uitzondering op dit principe) de mogelijkheid zullen krijgen om een ‘globale erfovereenkomst‘ uit te werken samen met hun kinderen.

Dit biedt een aantal belangrijke voordelen. Middels de globale erfovereenkomst kunnen de ouders bindende afspraken maken met de kinderen omtrent hun nalatenschap en een regeling op maat van het gezin treffen. Dit moet volgens de wetgever zorgen voor gemoedsrust bij de ouders en duidelijkheid voor de kinderen. Het kan vermijden dat op het moment dat een ouder komt te overlijden er discussie zou ontstaan tussen de kinderen omtrent de verdeling van de nalatenschap.

Een globale erfovereenkomst kan worden opgemaakt door één ouder afzonderlijk of door de beide ouders gezamenlijk. Voorwaarde is dat alle kinderen van de beschikkende ouder(s) partij zijn bij de overeenkomst. Indien één van de kinderen reeds is overleden, dan zullen zijn of haar kinderen partij worden bij het opstellen van de overeenkomst (bij wijze van plaatsvervulling).

De wetgever voorziet bovendien in de mogelijkheid om:

  • Stiefkinderen een gift toe te kennen (nieuw samengestelde gezinnen)
  • Als erfgenaam te beslissen dat zijn eigen kinderen (de kleinkinderen) worden toebedeeld in plaats van hemzelf (generatiesprong). In dat geval moeten alle kinderen van deze erfgenaam worden toebedeeld. Men kan geen afstand doen ten voordele van één van de kinderen.

De wetgever stelt niet als voorwaarde dat ieder van de vermoedelijke erfgenamen een gelijk deel moet krijgen, maar bepaalt wel dat er een evenwicht moet worden gevonden. Voor het beoordelen van dit evenwicht wordt er rekening gehouden met:

  1. schenkingen die een erfgenaam van vader en/of moeder heeft gekregen (vóór het sluiten van de overeenkomst of opgenomen in de overeenkomst)
  2. de voordelen die men heeft genoten vanwege vader en/of moeder en die met de toestemming van allen als schenking worden beschouwd (bv. kosten voor het studeren in het buitenland, gratis in de woning van de ouders blijven wonen)
  3. de respectievelijke situatie van elk van de vermoedelijke erfgenamen (op deze wijze kan eventueel een geschikte regeling worden uitgewerkt voor een ‘zorgenkind’, zoals de wetgever het omschrijft).

De overeenkomst dient te vermelden hoe de partijen dit evenwicht hebben opgevat en aanvaard.

Gevolgen van de erfovereenkomst

De erfovereenkomst heeft belangrijke gevolgen voor de vermoedelijke erfgenamen die deze hebben ondertekend. Men zal (op een aantal uitzonderingen na) later geen betwisting meer kunnen voeren omtrent de giften die in de overeenkomst werden opgenomen. Door de ondertekening verzaakt men immers aan de mogelijkheid om inkorting of inbreng te vragen van deze giften. Bovendien zullen de ondertekenende erfgenamen de waarde die werd gegeven aan de verschillende giften in de erfovereenkomst niet meer kunnen betwisten, noch zullen zij benadeling kunnen inroepen.

Als vormvoorwaarde stelt de wetgever tenslotte dat de erfovereenkomst in een notariële akte moeten worden opgenomen. Er is aldus steeds tussenkomst nodig van een Notaris.

De wettelijke bepalingen die de globale erfovereenkomst reguleren, zullen in werking treden op 1 september 2018.

Deel dit op